“En Naäman kwam met zijn paarden en met zijn wagens en hield stil bij de ingang van het huis van Elisa. Elisa zond een bode tot hem met de opdracht: Ga heen en baad u zevenmaal in de Jordaan, dan zal uw lichaam weer gezond worden en gij zult rein zijn. Toen werd Naäman toornig en ging heen, terwijl hij zeide: Zie, ik dacht bij mijzelf: hij zal zeker naar buiten komen en daar gaan staan en de naam van de Here, zijn God, aanroepen en zijn hand over de plek heen en weer bewegen en zo de melaatsheid wegnemen” (2 Koningen 5:9-11).
Waarom dacht en wilde Naäman dat Elisa snel naar buiten zou komen en hem zou helpen?   
Vanuit mijn oogpunt zijn er twee punten die hem dat deden denken:
1 – Hij was een generaal, en niet zomaar eentje, hij was eraan gewend dat allen zich aan hem onderwierpen op elk moment dat hij wilde;
2 – Hij droeg een berg aan rijkdom met zich mee, 340 kg zilver, 6000 sikkels goud en 10 stel feestkleren, genoeg geld om iemands ogen te kunnen vullen.
In zijn hoofd dacht hij dat de profeet, ten aanzien van zoveel rijkdom, zich zou onderwerpen aan zijn behoeftes en hem meteen zou helpen. Iets wat trouwens nooit gebeurde.
Zo zijn ook velen die denken dat zij de gunsten van God kunnen kopen, omdat zij eraan gewend zijn om hun vrouw af te kopen door middel van cadeautjes en een goed leven om hun losbandig en vies leven te kunnen verstoppen. Anderen die denken dat zij de liefde van hun kinderen kunnen kopen door dure scholen, feesten, reizen en kleren om hun afwezigheid en hun gebrek aan ware ouderschap te kunnen rechtvaardigen. Kortom zij denken dat zij alles kunnen maken wat zij willen, zonder dat zij zich bewust zijn van hun slechte houding en zij denken dat zelfs God Zich aan hun moet onderwerpen en hun moet zegenen te midden van hun zondes, omdat zij zichzelf als goede mensen beschouwen, en natuurlijk zijn zij “altijd de kerk aan het helpen”. Maar ze zijn compleet verblind in hun hoogmoed.
Helaas zijn er veel mannen die ooit misschien van God waren, iets wat ik trouwens betwijfel, verblind door het goud en hebben ze de visie van het geloof, oftewel de visie van het Altaar, verloren en zodoende hebben ze zichzelf gecorrumpeerd.
Hoeveel pastors zijn er wel niet weggaan om “hun eigen kerken” te openen?
Hoeveel mensen zijn er wel niet die onderscheid maken onder mensen vanwege hun uiterlijk of economische conditie? Zij zijn net als Gechazi die achter Naäman ging en om geld en mooie kleren vroeg (zie 2 Koningen 5:20-27), toen hij zag dat de man van God het niet accepteerde om zich te onderschikken aan de macht en al helemaal niet werd misleid door het goud van Naäman.
Zijn einde was en is hetzelfde als het einde van alle mensen die hun ogen op het goud hebben en niet op het Altaar, die dingen of mensen meer waarderen dan God. Ook zij eindigen als melaats en vervloeken niet alleen maar hun eigen levens, maar ook die van hun familie en degenen die hun duistere adviezen opvolgen.
Achter dit alles, doet de vervloekte hoogmoed en de geest van misleiding, die over deze wereld en in de kerken heerst, hun meer waarde geven aan het goud dan het Altaar. Zij zijn werkelijk blind…
Het is niet voor niets dat de Redder zei: “Gij dwazen en blinden, wat toch is meer, het goud of de tempel, die het goud geheiligd heeft?… Gij blinden, immers, wat is meer, de gave of het altaar, dat de gave heiligt?” (Matteüs 23:17-19).
Godzijdank voor de Elisa’s van vandaag die ondanks de problemen van de wereld trouw zijn gebleven aan hun roeping en hun geloof, zij verkiezen ervoor om liever te “verliezen” voor deze wereld om te kunnen winnen met God!
Wie bent u geweest: Elisa of Gechazi? Waar heeft u uw ogen op gezet?
Dat God genade met ons heeft en ons de nederigheid geeft om deze begeleiding, die de Heilige Geest aan Zijn kerk heeft gegeven, te begrijpen!
Met dank aan: bisschop Franklin Sanches