Het land dat Ik u wijzen zal      abraao1_1
Zonder te twijfelen.
Zonder zich af te vragen.
Zonder in discussie te treden.
Maar gelovend dat Degene die sprak het beste voor hem wilde.
Ook al was het op dat moment moeilijk te begrijpen, wist hij door het geloof dat hij het later zou begrijpen.
Op deze manier vertrok Abraham, gehoorzamend aan de stem van het geloof (Genesis 12:1-4).
“Gij zult tot een zegen zijn”, was één van de beloften die God aan Abraham deed. We weten allemaal dat er geen noodzaak is om te zoeken naar hetgeen we al hebben en zijn.
De gehoorzaamheid van Abraham maakte van hem de zegen.
Zodoende, maakte het geen enkel verschil om te kiezen naar welke plaats hij zou gaan, want ongeacht de plaats, Abraham was en had de zegen.
Degenen die de zegen niet zijn, en daarom hem ook niet hebben, leven gebaseerd op wat ze zien, horen of voelen.
Hun beslissingen zijn dus gedoemd te mislukken.
Dat is wat er gebeurde met zijn neef Lot (Genesis 13:9-12).
“Dus koos Lot voor zich de gehele streek van de Jordaan”.
Maar hij wist niet dat deze plaats alleen verdriet en leed met zich mee zou brengen.
Voor degenen die zelf de zegen zijn, worden zelfs de meest ongunstige plaatsen tot een zegen. Abraham koos nergens voor, en het was ook niet nodig, hij ging naar het land Kanaän en woonde er niet alleen, maar hij bezat het ook.
Dat was het land waarvan God gezegd had: “Ga naar het land dat Ik je wijzen zal”.
Wanneer u eenmaal leeft in gehoorzaamheid aan het Woord van God, dan zal de plaats waar u zich bevindt en naartoe zult gaan geen enkel verschil maken. U bent en bezit de zegen!
Zelfs wat verkeerd zou gaan voor anderen, zal voor u werken.
Alle dienaren zullen dit ervaren.
Wie er al doorheen is gegaan zal er ongetwijfeld opnieuw doorheen gaan.
Met dank aan: bisschop Djalma Bezerra