Bds_2801'2Lot, zijn vrouw en twee dochters werden gewaarschuwd en aangedrongen om snel uit Sodom te vluchten. De engel van God waarschuwde hen om niet om te kijken.
Lot en zijn dochters gehoorzaamden, maar de vrouw van Lot niet.
Bewogen door nieuwsgierigheid en gebrek aan vrees voor het Woord van de Engel van God, keek zij om.
Haar ongehoorzaamheid kostte haar haar leven: zij werd een zoutpilaar.
Waarom stond ze erop om ongehoorzaam te zijn aan het Woord van de Heer? Waarom geloofde zij niet in de straf? Waarschijnlijk dacht ze dat ze, omdat ze de vrouw van Lot was, die de neef was van de vriend van God, en de moeder was van zijn dochters, haar niets zou overkomen.
De ongezouten waarheid is dat dit de situatie is van de meeste evangelische christenen die geloven in Gods liefde, Zijn mededogen, barmhartigheid en genade, maar ze geloven niet in Zijn Gerechtigheid.
Ze denken dat de Heer de strengheid van Zijn Woord met betrekking tot ongehoorzaamheid zal verzachten. Lots vrouw dacht ook zo.
De opstandige mensen vergeten dat ongehoorzaamheid een duidelijke bewijs is van gebrek aan het geloof in het Woord.
Daarom zijn zij ware zoutpilaren, zowel binnen als buiten de kerken.
Als het zonder geloof onmogelijk is om God te behagen, hoe denken ze dan dat ze het Koninkrijk van de Hemel zullen beërven?
Abraham was geen vriend van God omdat hij altaren bouwde en offerde. Maar omdat hij Hem gehoorzaamde.
“Door het geloof is Abraham, toen hij geroepen werd, in gehoorzaamheid…” (Hebreeën 11:8)
Jezus herinnert ons om aan de vrouw van Lot te denken, niet alleen om ons te waarschuwen om niet terug te kijken, maar ook om niet te vertrouwen op “uitzonderinkjes” om de Hemel in te gaan; want een goede relatie met iemand die goed is met God, zal Hem niet beïnvloeden om ons vrij te stellen van de tweede dood, als wij erop staan om ongehoorzaam te blijven.
De vrienden van de wereld zijn ongehoorzaam aan God om de wereld te kunnen behagen;
De vijanden van de wereld rebelleren tegen de wereld, om de Eeuwige te gehoorzamen.
Daarom, zal “in de nacht waarop de Zoon des Mensen komt, de één meegenomen worden en de ander achtergelaten”.
Bisschop Edir Macedo