Eer voor wat en voor wie?

Een van de uitdrukkingen die pastors in het werk het meest motiveren, is te horen: “God zal u eren!”

En in de wens om die eer tot stand te zien komen, zijn er velen die moedig worden in de evangelisatie en prediking. Dit alles omdat ze, in hun binnenste, willen dat iedereen hun succes ziet.

Het is tenslotte een massage in het ego om te weten dat je naam het doelwit is van opmerkingen als: ‘Heb je gezien hoe God met hem is?’, ‘Wist je van de menigte die in zijn kerk was?’, Of: ‘Wist je dat hij, in het gebed, een verlamde deed opstaan?’ En zo verder…

Het is onvermijdelijk, maar dergelijke opmerkingen zullen altijd ontstaan. Het grote probleem is echter dat de dienaar er tevreden mee is en zich gevleid laat voelen, alsof alles van hem afkomstig is, en niet van het Woord en de Naam van de Here Jezus.

Er zijn mensen die de eer van God willen, zelfs als een manier om aan anderen te tonen dat ze een roeping hebben. Dat zij ook de zalving van boven ontvingen om te prediken. Zou die gedachte geen duidelijke demonstratie zijn van persoonlijke ijdelheid?

Maar het is noodzakelijk om te begrijpen dat de compromis van de Heilige Geest is om Zijn Woord te eren, en niet de prediker die zijn eigen eer zoekt, door de prediking van het Evangelie.

Als Goede en Rechtvaardige God weet Hij natuurlijk hoe Hij de dienaren, die getrouw zijn, moet eren, maar dat komt vanzelf, niet omdat de dienaar deze erkenning zoekt, want zijn beloning zijn de zielen die hij wint voor zijn Heer.

Want hoe kan een dienaar van God meer de eer van zijn bediening verlangen dan de eer van de Naam van zijn Heer? Sommigen zijn meer bezig met het verdedigen van hun eigen zaak dan met de zaak van het Evangelie van onze Here Jezus, die de kracht van God is tot de redding van iedereen die in Hem gelooft.

Het menselijk hart is corrupt en Satan weet het. Vervolgens stimuleert hij op een subtiele wijze het werk dat de persoonlijke naam en verdienste bevordert.

Daarom is een evangelisatie die menigten trekt belangrijk, omdat het de kennis van het evangelie bevordert. Maar het is in discipelschap waar de geredde en toekomstige arbeiders van het Koninkrijk van God worden voortgebracht.

Het vormen van discipelen kost tijd, kost werk en jij steekt niet uit. Misschien is er om deze reden dat sommigen niet zo veel moeite doen om het bevel van de Here Jezus te volgen toen Hij zei:

“Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest”. (Mattheüs 28:19)

  • Met dank aan: Bisschop Domingos Siqueira

Stenen van het Altaar

De afgelopen dagen was ik in het heiligdom van de Tempel van Salomo en mediteerde ik over wat ik daar zag...