HET ZELFBEDROG

“Niets van wat ik zeg, rechtvaardigt wat ik deed” is een van de meest herhaalde uitdrukkingen van de afgelopen tijd. Het lijkt erop dat het afkomstig is van een berouwvol persoon die er nederig de voorkeur aan geeft zichzelf niet te verdedigen, aangezien zijn fout onaanvaardbaar was.

Maar wat is er mis met die toespraak?

Het is algemeen bekend dat wanneer we spreken, we naar buiten brengen wat er in ons is, zelfs als we onzin praten, het kwam uit het hart, dus niets, absoluut niets, was toevallig. Dus de Heer Jezus zei:

‘’Niet wat de mond binnengaat, maakt de mens onrein, maar wat de mond uitkomt, dat maakt de mens onrein.’’ (Matteüs 15:11)

Wat uit de mond komt, vervuilt omdat het uit het hart komt, en als “bedorven persoon” die hij is, leeft hij ten koste van zelfbedrog. Kunt u zich de schade voorstellen die het hart ons en door ons kan aanrichten?

Als iemand fouten maakt en er de voorkeur aan geeft zichzelf niet te ‘rechtvaardigen’ met zelfs Bijbelse argumenten dat degene die ons rechtvaardigt God is, wil hij diep van binnen zichzelf niet blootgeven, om te zeggen wat er in hem omgaat. Het is één ding voor u om uzelf te rechtvaardigen wanneer u onrecht wordt aangedaan, het is iets anders voor u om uit te leggen waarom u onrechtvaardig was…

Een klassiek voorbeeld is wanneer er sprake is van verraad. Degene die is verraden, wil weten of de verrader echt spijt heeft en daarom moet hij weten wat er in zijn hart omgaat. Maar hoeveel verraders gebruiken dezelfde excuses: “ik gaf op”, “ik was zwak”, “het is gebeurd, nu is het vooruit kijken”, “fouten maken is menselijk”. Wat hij niet weet is dat hij zichzelf in feite de kans geeft om weer fouten te maken, hij is tenslotte gewoon “zwak geworden” …

Als iemand echt berouw heeft, erkent hij waar hij is gevallen. De berouwvolle verrader zou bijvoorbeeld zeggen zoals koning David zei: “Ik had een slecht karakter, ik ben geen tweede kans waard!” En u zult niet alleen onderworpen zijn aan de kruimel van genade die u wordt gegeven, maar u zult u er ook met hand en tand aan vastklampen.

Maar wie wil er zich schamen? Ze geven er de voorkeur aan om te doen alsof ze ‘onbedoeld’ zijn gevallen en tijd te winnen om dieper in de schaamteloosheid te duiken.

  • Met dank aan: Mevrouw Cristiane Cardoso

Stenen van het Altaar

De afgelopen dagen was ik in het heiligdom van de Tempel van Salomo en mediteerde ik over wat ik daar zag...